De zesdeklasfilosoofjes meenden dat hun filosofieopleiding stijlvol afgesloten moest worden en aldus geschiedde: zij gingen half april naar Istanbul om zich te vergapen aan de overweldigende kunstschatten en om zich te laven aan het Istanbulse leven, maar bovenal deden zij daar filosofisch onderzoek. Zij dachten in de Blauwe Moskee na over de betekenis van religieuze onderwerping, zij discussieerden op het Taksimplein over de kern van democratie en de houdbaarheid ervan en in het Aziatische deel van Istanbul bespraken we op de plek waar het concilie van Chalcedon in de vierde eeuw CE plaatsvond de metafysische vooronderstellingen van een vergoddelijkt lichaam.